N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
'Politieke partijen hebben kansen'
Politieke partijen hebben, ondanks de gestage teruggang van de vaste aanhang, 'zeker' toekomstkansen. 'Het is moeilijk om nieuwe leden te winnen', zegt Gerrit Voerman, hoogleraar aan de Rijksuniversiteit Groningen. 'Maar het blijkt mogelijk. En het is nodig.'
Het Documentatiecentrum Nederlandse Politieke Partijen publiceerde deze maand de jaarlijkse stand: een groei van het ledenaantal met 10 procent, grotendeels dankzij Forum voor Democratie.
'Een verkiezingsjaar laat altijd aanwas zien', zegt Voerman. 'Wat dit jaar opvalt, is de sterke groei voor Baudet's FvD met name onder jongeren. Het blijkt dus mogelijk om, met inzet van sociale media, tegen de stroom in jongeren aan je te binden. Bij GroenLinks, D66 en Partij voor de Dieren zie je dat ook.'
Teruggang
Nederlandse politieke partijen hebben het al jarenlang moeilijk. Het ledenaantal loopt gestaag terug. Met name de klassieke gevestigde partijen rondom het politieke centrum, het CDA, de PvdA en de VVD, staan onder druk. In de jaren '80 had een partij als het CDA tegen de 150.000 leden. Dat is teruggelopen tot zo'n 47.000.
'Dat past in een breder patroon', zegt 'partijenkenner' Voerman, directeur van het Documentatiecentrum Nederlandse Politieke Partijen aan de Rijksuniversiteit Groningen. 'Ook vakbonden, kerken en andere verenigingen kampen met ledenverlies. Mensen willen zich veel minder binden dan vroeger. Het 'levenslange' lid sterft uit. En als men zich al ergens aan bindt, is het vaak voor een bepaalde tijd. Ook het partijlidmaatschap wordt volatieler, vlottender.'
Trend
Tegen die trend in noteerde het DNPP vorig jaar een groei met zo’n 10 procent. Oftewel 28.000 nieuwe partijleden. Het grootste deel [tweederde] stroomde naar Forum voor Democratie toe: 21.000. GroenLinks, D66 en Partij voor de Dieren waren de andere groeiers.
'Het is gebruikelijk in verkiezingsjaren dat er partijleden bij komen', licht Voerman toe. ‘Er is meer aandacht, meer belangstelling voor politiek. Verkiezingen hebben een mobiliserend effect.' Relativerend voegt hij er aan toe: 'Het is niet meer dan een druppel in een oceaan. Ondanks groei was in 2017 niet meer dan 2,5 procent van kiezers lid van een politieke partij.'
Het succes van Forum voor Democratie laat volgens Voerman zien dat het 'heel wel mogelijk' is om nieuwe kiezers aan te trekken, 'met name onder jongeren'. 'Dat vergt wel een speciale, toegespitste aanpak, zoals ook Jesse Klaver met GroenLinks heeft laten zien. Sociale media spelen er een belangrijk rol in. Plus een herkenbaar, scherp en aansprekend politiek profiel: je moet iets te melden hebben…'
Voor de gevestigde, vergrijsde partijen blijkt dat een knelpunt: ‘Omdat ze vaak meeregeren, boeten ze aan scherp, herkenbaar politiek profiel in. En dat gaat ten koste van de wervingskracht.'
Breder
Leden zijn, zegt Voerman, belangrijk. Niet alleen voor de partijen, maar – breder – ook voor het functioneren van de vertegenwoordigende democratie.
'Een partij als Wilders' PVV laat zien dat een partij het in theorie zonder leden heel goed en heel lang kan uithouden. Maar in de praktijk blijkt het heel moeilijk om zonder een goede partijorganisatie goede volksvertegenwoordigers te werven. Kijk naar de conflicten met Statenleden sinds 2011. Kijk hoeveel moeite de PVV heeft om kandidaten voor gemeenteraden van 21 maart te vinden. Dat is, wat je verder ook van Wilders mag denken, niet goed voor de democratie.'
Voor politieke partijen zijn leden een bron van inkomsten - 'en dus belangrijk om zich te manifesteren, om dingen voor elkaar te krijgen’. 'En wat voor mij zwaar telt', voegt Voerman er aan toe, 'is dat politieke partijen geworteld zijn in de samenleving, dat kont hun legitimiteit ten goede. We moeten niet toe naar politieke partijen als lege hulzen – alhoewel ik ledenloze partijen ook niet zou willen verbieden.'
Advies
Vanwege het belang van leden voor de politieke partijen is de commissie die de regelingen rond de financiering van de partijen heeft geëvalueerd – Voerman was een van de leden – met het advies gekomen om dat deel van hun subsidie dat is gebaseerd op het aantal partijledentallen te verhogen, ten koste van het deel van de bijdrage die is afgeleid van het aantal zetels in de Tweede Kamer. Daarbij bepleitte de commissie een open eind regeling: de gemiddelde bijdrage per lid neemt niet af. 'Dat soort maatregelen zijn een prikkel om te investeren in ledenwerving, in ledenbinding', licht Voerman toe. 'Het onderstreept hoe belangrijk het voor partijen is om leden te hebben.'