D66: voorzichtig herstel en pragmatisme

maandag 25 november 2024, 13:00, Coen Brummer

‘Ga aan de slag of ga aan de kant’, sprak D66-leider Rob Jetten dit weekend in zijn congrestoespraak richting het kabinet-Schoof. Het klonk als een echo van de Algemene Beschouwingen uit 2009, toen VVD-fractievoorzitter Mark Rutte het vierde kabinet-Balkenende uitdaagde te regeren of anders op te stappen.

Maar anders dan Rutte, die om zijn oproep te onderstrepen een motie van wantrouwen indiende tegen het voltallige kabinet, koos Jetten voor meer subtiele politieke symboliek. Op de ochtend van het congres berichtte de Volkskrant dat D66 samen met JA21 en de ChristenUnie de geplande onderwijsbezuinigingen wil terugdraaien in ruil voor de getalsmatig noodzakelijke steun voor de onderwijsbegroting in de Eerste Kamer. Enkele weken eerder ondernam D66-Kamerlid Hans Vijlbrief succesvol pogingen coalitie en oppositie te verenigen achter een alternatieve dekking voor de Btw-verhoging op cultuur en sport.

Geen motie van wantrouwen dus, maar meedoen onder voorwaarden. Het is niet de eerste keer dat D66 meestuurt in verrassende combinaties – denk aan het ‘oranje’ SGP, CU en D66-verbond dat in 2013 en 2014 meermaals het tweede kabinet-Rutte te hulp schoot.

Het illustreert hoe de Democraten een jaar na de zware verkiezingsnederlaag (van 24 naar 9 zetels) hun vertrouwde, onder Alexander Pechtold geperfectioneerde rol van politiek macher wederom proberen te betrekken. In de oppositie, bevrijd van de verstandshuwelijken Rutte III en Rutte IV. Maar – ondanks de felle retoriek tegen het kabinet – toch een partij die voornemens is begrotingen te steunen.

Vertrouwen

De partij zelf lijkt herstellende na het vertrek van Sigrid Kaag als partijleider in de zomer van 2023. Jettens lange mars door de gelederen (voorzitter jongerenorganisatie, gemeenteraadslid, interim-fractievoorzitter, minister) betaalt zich nu uit in vertrouwen. Bovendien was hij de facto al de interne partijleider onder Kaag, omdat zij de vereniging doorgaans links liet liggen.

Waar Kaag met de (te) grote belofte van ‘nieuw leiderschap’ haar eigen teleurstelling organiseerde, is Jettens partijleiderschap in deze periode onbetwist. Het verlies bij de Kamerverkiezingen van 2023 was voor de meeste leden een ingecalculeerde afrekening met een kabinet waar zij zelf ook niet blij mee waren – en niet iets dat zij Jetten aanrekenen.

Bovendien trekt de partij weer nieuwe leden, waaronder een schare ontheemde liberale VVD’ers. Een voorzichtige plus in de peilingen tekent zich af (11 bij De Hond, 10-13 bij de Peilingwijzer). De bedreiging die fusie-fractie GroenLinks-PvdA eerst leek te vormen, verliest al maanden aan momentum, al peilen ze nog altijd het dubbele van D66 op het moment.

Vanuit de Kamerfractie en vanuit het Landelijk Bestuur wordt gewerkt aan programmatische verdieping. De komende periode moeten thema’s als klimaat, onderwijs en – vrij nieuw voor de sociaal-liberalen – gezondheidszorg zo meer fundering krijgen. Kamerlid Joost Sneller werkt aan een nota over progressief kapitalisme. Kamerlid Vijlbrief publiceerde recent zijn boek over Groningse gaswinning.

Grote vragen, grote antwoorden

Het zijn het soort initiatieven die op bijval kunnen rekenen van de leden. Maar interessanter is de vraag of D66 er de komende tijd in gaat slagen een antwoord te vinden op de grote uitdaging waar alle (progressieve) middenpartijen, in Nederland en internationaal, zich voor zien gesteld: Hoe een doorvoeld, wervend, activerend verhaal te vertellen over liberale waarden, sociale rechten, democratie en rechtsstatelijkheid, zonder te vervallen in het verdedigen van de status-quo. De toekomst moet uitwijzen of dat lukt.

Coen Brummer is historicus. Met Simon Otjes voerde hij de redactie van Tussen bestormen en besturen. 55 jaar D66 in de Nederlandse politiek (1966-2021). Recentelijk publiceerde hij met Remieg Aerts en Gertjan Schutte Machtswoorden, over schrijverschap en politiek in Nederland