N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
De rol van de Gouverneur in de kabinetsformatie van Sint Maarten
Begin dit jaar zijn er op Sint Maarten verkiezingen gehouden, nadat het vorige kabinet-Jacobs de kabinetsperiode van vier jaar volledig heeft uitgezeten: een politiek unicum in Sint Maarten. Alle kabinetten hiervoor (sinds de ontmanteling van de Nederlandse Antillen in 2010) kwamen voortijdig ten val. Een uitstapje naar de stembus werd hierdoor voor de meeste Sint Maartenaren een bijna jaarlijks terugkerend evenement1)
Helaas bleek al snel na de verkiezingen van begin dit jaar dat er een ander, minder rooskleurig record zou worden verbroken: het record van het kortst zittende kabinet. Al na zeventien dagen kwam het kabinet ten val. Dit betekende voor Sint Maarten (weer) nieuwe verkiezingen en de vorming van een nieuw kabinet.2)
De (belangrijkste) oorzaak van het veelvuldig ten val komen van het kabinet in Sint Maarten is tweeledig: 1. Het kabinet steunt vaak op een krappe meerderheid in de Staten; en 2. Het fenomeen van ship jumping, wat inhoudt dat Statenleden zich afsplitsen van hun partij en als onafhankelijk lid een zetel innemen in de Staten. Bij een krappe meerderheid in de Staten, zorgt het fenomeen van ship jumping al snel voor het vallen van het kabinet.
De kabinetsformatie is in Sint Maarten nu in volle gang. De vraag doet zich voor in hoeverre in deze fase een stevige basis gelegd kan worden voor een kabinet dat niet voortijdig ten val komt. Ik ga uitsluitend in op de rol die de Gouverneur hierbij zou kunnen spelen.
In elk van de Caribische landen zetelt één Gouverneur. De Gouverneur heeft een dubbelfunctie, omdat hij zowel lands- als koninkrijksorgaan is. Als landsorgaan vertegenwoordigt de Gouverneur de Nederlandse Koning als deel van de landsregering en als staatshoofd.
Als koninkrijksorgaan vertegenwoordigt de Gouverneur de koninkrijksregering. Tot 2012 benoemde de Nederlandse Koning tijdens de kabinetsformatie van Nederland de (in)formateur en formuleerde hij zijn taakstelling. Hierna is de Koning uit de Nederlandse kabinetsformatie gehaald. De Gouverneur is als vertegenwoordiger van de Koning deze functie in de landen overzee blijven vervullen.
De Gouverneur komt bij het benoemen van een (in)formateur niet geheel zelfstandig tot zijn beslissing. Hij houdt hierbij rekening met de adviezen van diverse adviesorganen en de fractievoorzitters in de Staten en met het ‘meerderheidsgevoelen’ in de Staten. De redenen van de Gouverneur om tot een bepaalde benoeming te komen worden niet bekendgemaakt.3)
Anders dan in Nederland is de te benoemen formateur in de Caribische landen vaak, maar niet altijd de toekomstig minister-president.4)
In Sint Maarten heeft de Gouverneur, Ajumu Baly, Luc Mercelina benoemd als formateur. Mercelina is demissionair én beoogd premier. Hij heeft van de Gouverneur een ruime formatieopdracht gekregen. Zo dient Mercelina te zorgen voor een regering die zich hard maakt voor: ‘een betrouwbare elektriciteits- en watervoorziening, verbetering van het financieel beheer en de tijdige realisatie van de jaarlijkse begroting van het land, […] een herziening van de belastingstructuur, verbetering van de kwaliteit van het onderwijs, armoedebestrijding, aandacht voor milieu, hervorming van het kiesstelsel en de invoering van een algemene ziektekostenverzekering.’5)
De Gouverneur geeft hiermee de facto aan wat in grote lijnen in het regeringsprogramma moet komen te staan. Ruim geformuleerde formatieopdrachten zijn geen uitzondering in de Caribische landen. Het komt vaak voor dat de Gouverneur zulke ruime formatieopdrachten formuleert en hiermee het kabinetsbeleid inhoudelijk stuurt. Op die manier kan de Gouverneur proberen om een solide basis voor een te vormen kabinet te creëren. Daarmee kan hij mogelijk het fenomeen van ship jumping, met als gevolg de val van een kabinet, de kop indrukken.
Na de benoeming van de formateur vindt er een integriteitsonderzoek plaats naar kandidaat-ministers die door de formateur zijn aangedragen. De Gouverneur speelt hierin een bescheiden rol.6) Zo wordt hij tijdens dit onderzoek op de hoogte gehouden van de resultaten en de naar aanleiding hiervan gemaakte afspraken. Tot slot ondertekenen de Gouverneur en de toekomstig minister-president de besluiten waarmee de oud-ministers ontslagen worden. Eveneens ondertekenen zij de benoemingsbesluiten van de kandidaat-ministers, mits zij positief uit de screening zijn gekomen.7)
Terwijl in Nederland de Koning uit de kabinetsformatie is gehaald, zien we in Sint Maarten dat de Gouverneur hierin een belangrijke rol vervult. Zo benoemt de Gouverneur in de kabinetsformatie de (in)formateur en formuleert hij zijn taakopdracht. De Gouverneur formuleert deze taakopdracht vaak ruim en kan zo het kabinetsbeleid inhoudelijk sturen.
Het is denk ik belangrijk dat de Gouverneur verstandig gebruikmaakt van deze sleutelpositie zodat er een minder grote kans bestaat dat kabinetten gevormd worden die reeds na zeventien dagen ten val komen.
Eva van Keeken (junior docent Radboud Universiteit) is gespecialiseerd op het gebied van koninkrijksrecht
-
1)Stembussen Sint Maarten geopend, 10 januari 2024.
-
2)Op 19 augustus nieuw parlement Sint Maarten, 22 mei 2024.
-
3)A.B. van Rijn, Handboek Caribisch Staatsrecht, Den Haag: Boom juridisch 2019, p. 469-470.
-
4)H.G. Hoogers & F. de Vries, Arubaans staatsrecht, Zutphen: Walburg Pers 2002, p. 101; L.J.J. Rogier, Beginselen van het Curaçaose Staatsrecht, Den Haag: Boom juridisch 2018, p. 140.
-
5)Mercelina voor tweede keer benoemd tot formateur op Sint Maarten, 9 september 2024.
-
6)Landsverordening van 17 december 2021 houdende regels betreffende de integriteit van kandidaat-ministers en ministers, no. 203 (Afkondigingsblad Aruba 2021); Landsverordening van de 18e oktober 2012 houdende regels betreffende de integriteit van (kandidaat-)ministers, no. 66 (Publicatieblad Curaçao 2012); Landsbesluit van 22 mei 2013 houdende de vaststelling van de procedure ten aanzien van de benoeming van een Minister of de Gevolmachtigde Minister, no. LB-13/0442 (Landscourant 24 mei 2013, nr. 11, p. 5-11).
-
7)Zie art. II.2 lid 1 en art II.7 StregAr; art. 29 lid 1, art. 34 en art. 35 StregCur; art. 33 lid 1 en art. 40 StregSM.