Kabinet van kraakporselein

DEN HAAG (PDC) - In 1907 viel het kabinet-De Meester, dat na de verkiezingen was aangetreden. Eerder had zich al een tussentijdse crisis voorgedaan, maar toen bleek er geen alternatief en kon het kabinet verder. De winst van liberalen en sociaaldemocraten versperden de weg voor een tweede kabinet-Kuyper.

Het kabinet was een minderheidskabinet, dat werd gevormd door de liberale voorman H. Goeman Borgesius. Hij trad echter niet toe, omdat de vrees was dat de liberalen de zetel in het district Enkhuizen dan weer zouden kwijtraken.

Minister-president werd Th.H. de Meester, die op verlof in Nederland was. Hij was vicepresident van de Raad van Nederlands-Indië en niet zo bekend in Nederland. Anderen, onder wie Cort van der Linden, hadden voor de 'eer' bedankt.

Van het kabinet maakten alleen liberalen en vrijzinnig-democraten deel uit en de Vrij-Liberalen 'gedoogden'. Maar zij samen kwamen maar tot 44 (van de 100) zetels, terwijl het kabinet in de Eerste Kamer evenmin op een meerderheid kon rekenen. Een kabinet van kraakporselein werd gezegd. En dat bleek dus.