N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Waarom een snelle regeringsvorming in België bij voorbaat uitgesloten lijkt
België is met 541 dagen al wereldrecordhouder waar het gaat om de langste formatie. Na de verkiezingen van 9 juni 2024 leek een snelle regeringsvorming in België mogelijk. Met inmiddels meer dan 100 dagen op de teller na de verkiezingen is een federale regering echter nog niet binnen handbereik.
Het ziet ernaar uit dat de Belgische onderhandelaars langer zullen formeren dan hun Nederlandse collega's na de verkiezingen van 22 november 2023. Het duurde 223 dagen voor het kabinet-Schoof gevormd werd, na de formatie van 2021-2022 de langste formatie in de Nederlandse geschiedenis.
Het Vlaams-nationalistische N-VA, de Vlaamse socialisten van Vooruit, het Christen-democratische CD&V, de Waalse liberalen van MR en het centristische Les Engagés proberen onder leiding van formateur Bart De Wever een federale regering te vormen.
Met nog twee weken te gaan tot de lokale verkiezingen van 13 oktober 2024 staat vast dat de Belgische formatie over die verkiezingen getild zal worden. De onderhandelende partijen vrezen immers dat ze bij de provinciale en gemeenteraadsverkiezingen afgestraft zullen worden als ze te ruime toegevingen doen op federaal niveau. Waarschijnlijk lukt het de onderhandelaars dus niet om binnen de 200 dagen na de verkiezingen een federale regering te vormen.
Formatiegeschiedenis
Is een snelle formatie in België, gezien haar beruchte formatiegeschiedenis, bij voorbaat uitgesloten? In 2007 gingen er 194 dagen over de regeringsvorming, in 2010-2011 ging België het wereldnieuws rond met de langste regeringsvorming ooit - 541 dagen -, in 2014 waren er ‘maar’ 139 dagen voor nodig en in 2019-2020 duurde het opnieuw bijna 500 dagen voor er een federale regering gevormd werd. Ter vergelijking: Nederlandse kabinetsformaties duren sinds 1946 gemiddeld 103 dagen.
Complexe staatsstructuur
In België is het niet, zoals in Nederland, zaak om één nationale regering op de been te brengen. Na de verkiezingen moeten er maar liefst zes regeringen gevormd worden: een regering voor het hele land, een voor Vlaanderen, een voor het Waalse Gewest, een voor de Franstalige Gemeenschap, een voor de Duitstalige Gemeenschap en ten slotte een voor het gewest Brussel.
Een gewestregering buigt zich over de grondgebonden bevoegdheden zoals landbouw en vervoer, een gemeenschapsregering over persoonsgebonden bevoegdheden zoals gezondheid en onderwijs. Inmiddels zijn vier van de zes regeringen vlot - naar Belgische maatstaven – gevormd: enkel in Brussel en federaal is er nog geen regering.
Landelijk wordt traditioneel een regering gevormd die qua samenstelling gelijkaardig is aan de deelstaatregeringen aan beide kanten van de taalgrens. Dat zou de samenwerking tussen de verschillende regeringen bevorderen. Het knelpunt is dat er geen landelijke partijen zoals in Nederland bestaan. Er zijn Vlaamse en Franstalige partijen, maar geen federale partijen die over de taalgrens heen met elkaar samenwerken.
Het aantal partijen waarmee een compromis bereikt moet worden is dus groter en maakt de onderhandelingen complexer. Daarbovenop geldt een verplichte paritaire samenstelling van de regering. De federale regering moet uit evenveel Nederlandstaligen als Franstaligen bestaan, de eerste minister eventueel uitgezonderd.
De rol van de Koning en particratie
In Nederland is de rol van de Koning in de formatie sinds 2012 afgeschaft en heeft de Tweede Kamer het initiatief naar zich toegetrokken. Dat heeft in 2012 mede geleid tot een snelle formatie van het kabinet-Rutte II, dat slechts 52 dagen nodig had.
In België heeft de Koning de leiding over de federale regeringsvorming en leggen politici verantwoording af aan de Koning tijdens het formatieproces. De partijvoorzitters adviseren de Koning over het verloop van de formatie en fluisteren hem namen in voor de aanstelling van institutionele figuren zoals preformateurs, informateurs, koninklijk verkenners, bemiddelaars en formateurs. De tussentijdse en eindverslagen van (in)formateurs en partijvoorzitters aan de Koning worden niet openbaar gemaakt.
De volksvertegenwoordigers zijn in België niet bij machte om de federale onderhandelaars ter verantwoording te roepen. De politieke druk die in Nederland komt kijken bij het verplicht aanbieden van een eindverslag aan het parlement, ontbreekt in België. Dit gebrek aan transparantie zorgt ervoor dat partijvoorzitters de touwtjes stevig in handen houden. De gekozen politici in de Kamer hebben weinig tot geen regie over de formatie.
De Belgische staatsstructuur, het gedepolitiseerde karakter van de regeringsvorming, het gebrek aan transparantie en de macht van de partijen zijn structurele factoren die een efficiënte regeringsvorming op federaal niveau in de weg zitten.
Daarbovenop tekent zich na verkiezingen vaak een verschillende politieke realiteit af aan beide kanten van de taalgrens, wat het formatieproces verder bemoeilijkt. Zo lijkt een snel formatieproces op federaal niveau in België bij voorbaat uitgesloten.
Fauke Deceuninck is werkzaam bij het Centre for Professional Learning van Universiteit Leiden. Voordien was zij onder meer werkzaam als eindredacteur van de websites Europa-Nu.nl en Parlement.com