N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Naar de stembus, maar zonder goede kennis
Menige Nederlander die begin mei een stempas op de mat vond, schrok. Verkiezingen? Was de kabinetsformatie alsnog mislukt? Dat het om Europese verkiezingen had niet iedereen in de gaten.
Intussen dringt door dat de verkiezingen voor het Europees Parlement donderdag 6 juni plaatshebben. Maar menig burger weet weinig over de Europese Unie. Kennis van de instellingen en hun vertegenwoordigers ontbreekt vaak net als over het besluitvormingsproces. Het onderwijs besteedt er minimale aandacht aan.
Enige ontvangers van de stempas besloten, nadat duidelijk was dat het om de Europese verkiezingen ging, niet te gaan stemmen. ‘Ik heb er geen verstand van,’ klonk het.
Het blijft behelpen met Europa. Zes weken voor het referendum over de Europese Grondwet in 2005 informeerde ik bij de Rijksvoorlichtingsdienst wanneer de campagne zou beginnen om kiezers naar de stembus te lokken. ‘Als jullie journalisten erover beginnen. Een week of drie voor het referendum,’ was het antwoord.
Uiteindelijk was de opkomst met 63,3 procent niet eens slecht. Onder meer toenmalig Volkskrant- en Buitenhof-columnist Ronald Plasterk – tegenstander van de grondwet - had het thema geagendeerd. De uitslag kwam hard aan. Ruim 61 procent van de kiezers wees de Europese Grondwet af. Toenmalig premier Jan Peter Balkenende (CDA) trok het zich niet aan. Het was aan de politiek om de bevolking beter bij Europa te betrekken. Maar wie is ‘de’ politiek?
Wie is er verantwoordelijk voor om burgers bij te spijkeren? Daarover is wel iets geregeld. Zo is het ministerie van Buitenlandse Zaken belast met voorlichting geven over de EU. Dit ministerie lanceerde in 2004 de campagne Europa. Best belangrijk die totaal mislukte vooral omdat de titel te relativerend was. De leuze werd wel heel wat bekender dan die van de campagne die Buitenlandse Zaken sinds februari van dit jaar voert getiteld Over Europa.
Het ministerie van Binnenlandse Zaken informeert gemeenten en voorziet ze van verkiezingsmateriaal zoals foto’s, campagne- en communicatiemiddelen. Ook heeft dit ministerie als taak de kiezer naar de stembus te krijgen. Daarvoor dient de campagne Elke Stem Telt, die 20 mei begon. Sindsdien zijn populaire teksten over het belang van de Europese verkiezingen te zien en te horen via televisie, radio en sociale media.
Buiten verkiezingstijd moeten geïnteresseerden zichzelf een weg zien te banen op internet. Sinds het Montesquieu Instituut zich uit financiële nood gedwongen zag de website Europa-nu.nl in juli 2023 op zwart te zetten is informatie over institutionele en actuele zaken rond de Europese Unie niet langer handzaam op een site terug te vinden.
Europa-nu was handig voor wie snel wilde weten hoe de zaken er in de EU voor stonden of hoe iets verliep in het verleden. De betrouwbaarheid van de informatie was hoog. Ook konden burgers veel van Europa Nu opsteken. Toen Kamerleden vroegen of het Rijk de website niet kon financieren, vond premier Mark Rutte dit geen taak voor de overheid.
De Rijksoverheid draagt met zijn honderden voorlichters slechts in campagnetijd bij aan het informeren van de kiezer over de EU. En dat terwijl naar schatting een derde van de wetten en regels zijn oorsprong vindt in de Brusselse wettenfabriek.
Media zijn in grote getalen aanwezig op het Binnenhof, maar veel minder in Brussel en Straatsburg. In 2021 lanceerden (oud)-politici en journalisten nog wel de website Brusselse Nieuwe die over de EU informeert.
Aan de vooravond van 6 juni neemt de aandacht voor Europa toe. Maar de kabinetsformatie overschaduwt de verkiezingen. Of ze worden gezien als een referendum over het kabinet in spe. Zoals verkiezingen voor gemeenteraden en provincies ook als een Haagse peiling gelden.
Intussen wemelt het van de debatten met kandidaten voor het Europees Parlement. Aan een debat over water namen sommige kandidaten deel die niets van (drink)water afwisten. Een aantal stond op plek dertien of veertien van de kandidatenlijst.
De PVV schittert steevast door afwezigheid. De partij die in 2019 geen zetel wist te bemachtigen, lijkt nu te gaan winnen. Ook zonder mee te doen aan debatten die doorgaans worden bijgewoond door professionals en weinig door gewone kiezers.
De campagne Elke Stem Telt had in 2019 blijkens onderzoek van Kantar effect. Vlak voor de verkiezingen wisten bijna alle kiezers – 93 procent - dat de verkiezingen voor het Europees Parlement eraan kwamen. 71 procent wist zelfs de datum. De opkomst was 41,9 procent tegen 37,3 in 2014.
En dit keer? Alom klinkt dat deze verkiezingen door de geopolitieke ontwikkelingen erg belangrijk zijn. Het is afwachten of de boodschap overkomt en de opkomst zal toenemen.