N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Doet de Grondwet wat ze moet doen? Verslag van het symposium op 2 november 2023
DEN HAAG (PDC) - Ter gelegenheid van het 175-jarig bestaan van de Grondwet van 1848 verzamelden op 2 november 2023 wetenschappers, journalisten, ambtenaren en ander geïnteresseerd publiek zich in de Gotische Zaal van de Raad van State voor een door het Montesquieu Instituut en het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties georganiseerd symposium. De vicevoorzitter van de Raad van State, Thom de Graaf, opende de dag met een welkomstwoord. Het dagprogramma werd verder verzorgd door sprekers vanuit verschillende disciplines, waaronder meerdere auteurs van de speciale bundel 'De Grondwet van 1848 tot nu'.
In het kader van deze viering van een Grondwetsjubileum sprak Karin van Leeuwen (universitair docent Europese politieke geschiedenis, Maastricht University) over de waardering van de Grondwet vanuit een historisch perspectief. Volgens Van Leeuwen heeft elk van deze vieringen, ondanks dat ze hetzelfde vieren, een andere nadruk. Annelien de Dijn (hoogleraar moderne politieke geschiedenis, Universiteit Utrecht) stelde tijdens haar presentatie voor om grondrechten niet langer in te delen in 'klassiek' en 'sociaal', maar om in plaats daarvan onderscheid te maken tussen democratische en individuele rechten. De democratische grondrechten, de collectieve rechten die burgers controle geven over de staat, zouden volgens De Dijn een speciale plek in de Grondwet moeten krijgen, omdat zij ook de individuele rechten beschermen.
Na de bijdragen van Van Leeuwen en De Dijn bracht de demissionair minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties Hugo de Jonge een bezoek aan het symposium en nam hij het eerste exemplaar van de bundel 'De Grondwet van 1848 tot nu' in ontvangst. De minister sprak over het belang van de Grondwet, een document waar elke burger mee te maken heeft. Hij vertelde de Grondwet te zien als een weerspiegeling van de veranderingen in de samenleving en als iets waarover iedereen eigenaarschap moet voelen: 'democratie is geen kijksport'. De ochtend werd afgesloten door Lisanne Groen (universitair hoofddocent staats- en bestuursrecht, Vrije Universiteit Amsterdam) en haar bijdrage over de over het algemeen 'lauw ontvangen' algemene bepaling die de inleiding van de Grondwet vormt. Volgens Groen is de lauwe ontvangst onterecht: de normatieve betekenis van de nieuwe aanvang van de Grondwet moet niet worden onderschat en het imago ervan zal beter moeten worden om het echt van toegevoegde waarde te laten zijn.
In de middag sprak bundelauteur Monica Claes (hoogleraar Europees en vergelijkend constitutioneel recht, Maastricht University) onder meer over de relatie tussen de sobere, zwakke Nederlandse Grondwet en de goede presentaties van de Nederlandse rechtsstaat. Volgens Claes kan Nederland zich op dit moment nog een zwakke Grondwet veroorloven, doordat het een sterke rechtstatelijke traditie kent. In tijden van populisme en polarisatie zou het echter wenselijk kunnen zijn een robuustere Grondwet te hebben die de rechtsstaat voldoende waarborgt. Volkskrant-journalist Kustaw Bessems ging vervolgens in op de relatie tussen de Grondwet en de media. Hij sprak over hoe grondrechten vandaag de dag nog altijd onder druk kunnen staan en over hoe de Grondwet in de praktijk maar een beperkte macht heeft: 'de Grondwet is meer een beginselverklaring dan een gebruiksvoorwerp'.
De dag werd afgesloten door een interview van dagvoorzitter Eveline van Rijswijk met Pien van den Eijnden (afdelingshoofd Constitutionele Zaken, ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties) over de ambtelijke praktijk. Van den Eijnden ging onder meer in op vragen over de belangrijkste taken van de afdeling en op de vraag wat er binnen de afdeling gedaan wordt als de Grondwet ergens niet duidelijk over is. Gedurende het symposium was er ook ruimte voor vragen vanuit het publiek. Zo reageerden de sprekers onder andere op het idee om een constitutioneel hof in te voeren en op mogelijke aanpassingen van de wijzigingsprocedure.