N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
De uitdaging van de rechtsstaat door boze boeren
De uitdaging van de rechtsstaat door boze boeren kan alleen beantwoord worden met bestuurlijke, strafrechtelijke én privaatrechtelijke middelen.
Onlangs kwam een functionaris van het Openbaar Ministerie (OM) in Nieuwsuur op de televisie uitleggen hoe moeilijk het was om op te treden tegen boze boeren die politici belagen voor hun huis. Misschien moest er een nieuw strafbaar feit voor gecreëerd worden. Toen de interviewer vroeg of er dan niets mogelijk was met gebiedsverboden, moest de OM-er toegeven dat hij daar niets vanaf wist. En ja, dat is bestuursrecht; en dat is een ander vakgebied dan het strafrecht.
We kennen allemaal de verzoeken van de politie aan ons, burgers: 'help ons misdrijven op te lossen. Heeft u iets gezien of gehoord?' Of nog beter: 'misschien filmpjes op uw telefoon of van bewakingscamera’s'. En daar geven we dan gehoor aan, in het belang van de handhaving van de rechtsorde. De strafrechtelijke rechtsorde, wel te verstaan. Maar onze rechtsorde is breder dan de strafrechtelijke. Ook bestuursrechtelijk, zoals we hiervoor zagen, maar óók privaatrechtelijk.
In die privaatrechtelijke rechtsorde is het van belang dat burgers een oordeel van de rechter kunnen vragen over het handelen van andere burgers, die hen schade berokkenen. Maar dat kan alleen als zij weten wie zij moeten dagvaarden. Soms heeft de politie daar gegevens over. Wat zou het fijn zijn als de politie dan eens voor ons, burgers, wat terug zou doen. Door ten behoeve van een privaatrechtelijk geschil dadergegevens te delen met een slachtoffer. Met name indien het gaat om een zaak die om de een of andere reden niet strafrechtelijk aangepakt kan worden: geen strafbaar feit, geen opsporingscapaciteit, geen prioriteit of de allernieuwste, 'we willen liever de-escaleren'. Het speelt nu de levensmiddelenhandel miljoenenschade heeft opgelopen door blokkades van hun distributiecentra door boze boeren.
Ooit ben ik slachtoffer geweest van een ongeval. Mijn ziektekostenverzekeraar wilde graag weten wie de dader was (en bij wie die verzekerd was tegen wettelijke aansprakelijkheid). Dus is vroeg daarnaar bij de politie. Daar hadden ze kennelijk een protocol voor het omgaan met slachtoffers. En ik moet zeggen: ze waren uiterst meelevend en correct. Maar die gegevens delen, dat konden ze helaas niet. U begrijpt het wel: privacy en zo. Maar hoe moest het recht dan zijn loop hebben op privaatrechtelijk gebied? Mijn verzekeraar moest zijn kosten toch kunnen verhalen op de verzekeraar van de dader? Tja, privaatrecht, dat was hun specialisme niet. Uiteindelijk lukte het mij toch om die gegevens te krijgen, door het iets 'hogerop' te zoeken. Het kon dus wel.
Ik heb geprobeerd uit te zoeken hoe het juridisch zit, maar dat is mij nooit gelukt. Misschien moet er eens een wet gemaakt worden om dit helder te regelen. Dat is de moeite méér dan waard. Om de samenhang in de handhaving van onze rechtsorde te verzekeren.
Maar ondertussen zitten we midden in een fors probleem met bestuursrechtelijke, strafrechtelijke en privaatrechtelijke kanten. Het gaat onder meer over openbare orde, verkeersdelicten, opruiing, intimidatie en dreigende maatschappelijke ontwrichting. Boze boeren dagen de rechtsstaat uit. Kijken hoe lang de politie, geconfronteerd met enorme tractoren, blijft “de-escaleren”. En hoe ze hun privaatrechtelijke aansprakelijkheid kunnen blijven ontduiken. Gebruikmakend van versnipperde bestuurlijke bevoegdheden en verkokering in het juridisch denken tussen juristen die iets weten van strafrecht of bestuursrecht, maar zelden van beide, en nog minder vaak met kennis van het privaatrecht. Terwijl er op het ministerie van Justitie en Veiligheid ruim voldoende specialisten zijn op al die terreinen. Misschien tijd om er eens een paar bij elkaar te zetten. Om een effectieve manier te bedenken om de uitdaging van de rechtsstaat te beantwoorden.
Mr. Huub Linthorst is voormalig directeur Wetgeving & Juridische Zaken van het Ministerie van Economische Zaken.