N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Hebben we een nieuwe Grondwet nodig? Verslag van het debat over de toekomstbestendigheid van de Nederlandse Grondwet
DEN HAAG (PDC) - Met verschillende grondwetswijzigingen in behandeling is volgens de staatscommissie-Remkes een herwaardering van het 'constitutionele erfgoed' nodig. Met een panel van experts ging moderator Eveline van Rijswijk gisteren in debat over deze stelling van de commissie-Remkes en andere vragen als: Hebben we een nieuwe grondwet nodig? Moeten burgers betrokken worden bij de herziening van de Grondwet? En hoe zouden we de ‘constitutionele geletterdheid’ van burgers, politici en rechters kunnen vergroten? Het panel bestond uit historica Karin van Leeuwen, hoogleraar staats- en bestuursrecht en lid van de staatsraad Luc Verhey, hoogleraar constitutioneel recht Janneke Gerards, directeur Constitutionele Zaken en Wetgeving van het ministerie van BZK Hanneke Schipper-Spanninga, politiek verslaggever bij de Volkskrant Ariejan Korteweg en promovendus in de politicologie Kors Visscher. Het live uitgezonden debat werd georganiseerd door het Montesquieu Instituut in samenwerking met het Huygens Instituut voor Nederlandse Geschiedenis en de Universiteit Maastricht en vond plaats in Nieuwspoort.
Een kort welkomstwoord door Marijke van Faassen luidde het debat in, met een presentatie van de aanleiding van het debat: het nieuwe boek Over de grondwet gesproken. 100 jaar constitutionele debatten (Verloren 2020). Het panel kreeg hierna meteen het startschot via een snelle openingsronde met de vraag: hebben we een nieuwe grondwet nodig? De antwoorden legden meteen de meningsverschillen aan tafel bloot, met uiteenlopende reacties, zoals van Hanneke Schipper-Spanninga die stelde dat 'er hier en daar wat gemoderniseerd kan worden,' tot een pleidooi voor een 'volledige herziening zoals in 1983'. Hierop werden de panelleden gevraagd om hun probleemanalyse van de huidige grondwet, ingeluid door een uitleg van Luc Verhey over de betekenis van constitutionele geletterdheid: hoe goed kennen burgers en politici de inhoud en betekenis van de grondwet. Volgens de panelleden mist Nederland deze breed gedeelde kennis van de grondwet, zowel qua inhoud als in geest.
Gelukkig kwam het panel niet alleen met problemen maar ook met oplossingen, die ter discussie werden gesteld doormiddel van drie korte pitches. In de eerste legde Janneke Gerards het idee van constitutionele toetsing voor. Dit omstreden onderwerp ontlokte duidelijk meningsverschillen bij de panelleden. Waar sommigen dit een vergaande ingreep vonden en vooral waarschuwen voor een te politiek Constitutioneel Hof, stelden anderen dat dit de democratie kan versterken en dat er al nu toch al getoetst wordt aan het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens. Vervolgens stelde Kors Visscher het idee voor om de burger beter te betrekken bij herziening van de grondwet. Hoewel de reacties algemeen positief op het concept reageren werden er ook duidelijke kanttekeningen geplaatst. Wat is dan nog de rol van het parlement? En wat is het gevaar van ongelijkheid in deze burgerparticipatie? Als laatste stelde Karin van Leeuwen in een pitch het probleem van constitutionele geletterdheid aan de orde: moet de grondwet bijvoorbeeld verder in het onderwijs geïntegreerd worden en op wat voor manier?
De volledige reacties van het panel op bovenstaande en andere vragen zijn terug te zien via de link hieronder. Na het zien van het debat kunt u zelf de stelling van Ariejan Korteweg beantwoorden: gaat de grondwet gouden tijden tegemoet?