Voorstellen langere zittingsduur Senaat en grondwetsprocedure ingediend

DEN HAAG (PDC) - De zittingsduur voor de Eerste Kamer moet, net als voor 1983, weer zes jaar worden en de tweede lezing van een Grondwetsherziening moet in de Verenigde Vergadering van beide Kamers plaatsvinden. Dat staat in twee wetsvoorstellen van minister Kajsa Ollongren, die zij bij de Tweede Kamer heeft ingediend.

Terugkeer naar de langere zittingsduur, waarbij om de drie jaar de helft van de leden wordt gekozen, moet ervoor zorgen dat de Provinciale Statenverkiezingen minder worden overschaduwd door de landelijke politiek. Beoogd wordt door de langere zittingsduur de Eerste Kamer wat verder af te zetten van de actuele politiek.

Door de Verenigde Vergadering te laten beslissen over Grondwetsherzieningen (de tweede lezing) neemt de kans dat de Eerste Kamer een voorstel nog kan afwijzen, iets af. Nu kunnen 26 Eerste Kamerleden een Grondwetsherziening tegenhouden. Na de wijziging zijn daarvoor 76 leden van beide Kamers nodig. Het voorstel om het correctief referendum mogelijk te maken, zou in 1999 bijvoorbeeld wel zijn aangenomen. In beide Kamers samen waren 63 leden tegen, waardoor de tweederde meerderheid ruim zou zijn behaald.

Het wetsvoorstel over de grondwetsprocedure is in lijn met het advies van de Staatscommissie parlementair stelsel. De commissie was niet voor de zesjarige zittingsduur.

Bron: nieuwsbrief regering