N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Uit de Grondwet 1814
Goed beschouwd stonden in de Grondwet van 1814 veel bepalingen die echt als voorlopers van huidige grondwetsartikelen zijn te zien. Uiteraard regelde de Grondwet de macht van de koning, de troonopvolging, de instelling van ministeries, de verkiezing en rechten van de Staten-Generaal, de Raad van State en de Algemene Rekenkamer.
Maar ook zaken als de beslechting van geschillen tussen bestuurslagen, het verlenen van adeldom en ridderorden, de vrijheid van godsdienst en de regeling van het onderwijs vonden hun oorsprong in 1814. Een aantal bepalingen uit de Grondwet (Staatsregeling van 1798) kwam in 1815 niet terug.
Er zijn echter eveneens zaken verdwenen of drastisch gewijzigd. Opvallend was bijvoorbeeld de nogal gedetailleerde opsomming van wijzigingen in de provinciale indeling van enkele gemeenten. Hieronder nog enkele voorbeelden van 'verouderde' artikelen uit 1814:
Inhoudsopgave van deze pagina:
-
-De Souvereine Vorst en de Prinsen en Prinsessen van den Huize genieten vrijdom van alle personele lasten en beschreven middelen, met uitzondering van de verponding. De gebouwen echter tot Derzelver gebruik of woning bestemd, blijven ontheven van alle reële lasten. Geene exemptiën van consumtive middelen zullen door Hen noch Hunne hofhoudingen genoten worden.
-
-Gelderland, Holland, Zeeland, Utrecht, Vriesland, Overijssel, Groningen en Drenthe behouden hunne oude grensscheidingen, onder de volgende bepalingen: Kuilenburg en Buren behooren onder Gelderland. Vianen, Ameiden, Leerdam, Langerak, Sommelsdijk behooren onder Holland. IJsselstein, mitsgaders Benschop, Noordpolsbroek en Jaarsveld behooren onder Utrecht. Ameland en Schiermonnikoog behooren onder Vriesland. Wedde en Westwoldingerland behooren onder Groningen. Braband bestaat provisioneel uit alle de Landen en Steden, voormaals bekend onder den naam van Generaliteits Landen en uit zoodanige andere, als in lateren tijd verkregen en daarbij gevoegd zijn.
-
-Het blijft aan den Souvereinen Vorst voorbehouden, om in het vervolg eene wet voor te dragen, waardoor aan de Edelen of Ridderschappen uit elke Provincie of Landschap een zeker evenredig aandeel onder het getal der leden van de Staten Generaal wordt verzekerd, ten minste een vierde van het geheele getal.
-
-De titel van de vergadering der Staten Generaal is: Edel Mogende Heeren.
-
-Alle de ingewilligde penningen worden gebruikt tot de vastgestelde posten, en geene anderen. De Souvereine Vorst doet van dat gebruik, gedurende het vorige jaar, aan de Staten Generaal een uitvoerig verslag geven.
-
-In alle Steden worden ingevoerd Kiezers-kollegiën, gelijk van ouds in vele Steden bestonden. Zij worden eenmaal in het jaar door de Regering bijeen geroepen, alleenlijk tot het bedoelde einde, om de Raadplaatsen in dien tusschentijd open gevallen, door bevoegde personen te vervullen.
-
-Aan de Staten der Provinciën of Landschappen wordt opgedragen het verkiezen der leden van de vergadering der Staten-Generaal, in of buiten hun midden, en zoo veel doenlijk, uit alle de oorden van hunne Provincie of Landschap. Dezelve Staten worden belast met de uitvoering der wetten en bevelen omtrent de bevordering van godsdienst, openbaar onderwijs en armbestuur, de aanmoediging van den landbouw, den koophandel, de fabrieken en trafieken, en voorts omtrent alle andere zaken tot de algemeene belangen betrekkelijk, welke aan hen, te dien einde, door den Souvereinen Vorst worden toegezonden.
-
-De Militie komt in gewone tijden jaarlijks eenmaal te zamen, om, gedurende eene maand of daaromtrent, in den wapenhandel geoefend te worden; blijvende het nogtans aan den Souvereinen Vorst voorbehouden, om, wanneer Hij zulks voor 's Lands belangen mogt geraden oordeelen, een vierde van het geheele getal te doen zamen blijven.
-
-Alle de pligten van den Mensch in Maatschappij hebben hunnen grondslag in deze heilige wet: Doe eenen ander niet, hetgeen gij niet wenscht dat aan u geschiede. Doe aan anderen, ten allen tijde, zoo veel goeds, als gij in gelijke omstandigheden, van hun zoudt wenschen te ontvangen.
-
-Niemand is een goed Burger, dan die de huislijke pligten, in den onderscheiden stand, waarin hij moge gesteld zijn, zorgvuldiglijk uitöefent, en voords in alle opzigten, aan zijne maatschappelijke betrekkingen voldoet.
-
-De eerbiedige erkentenis van een Albestuurend Opperwezen versterkt de banden der maatschappij, en blijft iederen Burger ten duursten aanbevolen.
-
-Alle Burgers hebben, ten alle tijde, het regt, om, met uitsluiting van anderen, op hunnen eigen, of gebruikten, grond te Jagen, te Vogelen en te Visschen.
-
-De Maatschappij ontvangt alle Vreemdelingen, die de weldaaden der vrijheid vreedzaam wenschen te genieten, in haar midden, verleenende denzelven alle zekerheid en bescherming.
-
-De Maatschappij verbied, in alle gevallen, dat eenig uitsluitend Voorregt verleend worde. Zij beloont de verdiensten door bewijzen van eer, of door praemiën. Alle vergeldingen worden, in geval van voordduuring, jaarlijks vernieuwd, en, op geenerlei wijze, erflijk gemaakt tot Kinderen of Nakoomlingen.
-
-De Maatschappij wil, dat de verlichting en beschaaving onder haare Leden zoo veel mooglijk bevorderd worde.
Dit artikel verscheen in 'De Hofvijver' nr. 40, d.d. 24 maart 2014.