N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Namob, de opstandige broer van Nimby
Erna Scholtes, Bestuursadviseur Twynstra Gudde
Auteur van ‘Transparantie, icoon van een dolende overheid’, Boom Lemma 2012
De luide roep om transparantie klonk jarenlang ongeclausuleerd. Van grenzen was geen sprake. Of het nu ging over de onbegrijpelijke energierekening, de kabinetsformatie of de prestaties van dokters, het refrein was steeds: méér informatie alstublieft. Als er al een bezwaar geopperd werd in het parlement, was dat in de marge van een pleidooi vóór meer transparantie. De organisaties die geacht werden de informatie te verstrekken, lieten soms van zich horen. Dan maakten ze vooral bezwaar vanwege bureaucratie en onterechte reputatieschade. Het zette niet echt zoden aan de dijk.
Pas vanaf 2010 kwamen de tegengeluiden in het publieke debat op gang: eerst naar aanleiding van Cable gate, toen over misbruik van de Wob, en recent bij de onthulling van PRISM in de VS.
Deze reeks legt een interessant fenomeen bloot. Want waar de inzet van transparantie door de overheid tot dan toe vooral gericht was op verplichtingen waar ánderen aan moesten voldoen, is hier de rijksdienst zelf in het geding. En uit die kringen klinkt nu het hardst de roep om beperking van de onwenselijke gevolgen van transparantie.
De diplomatieke dienst en Buitenlandse Zaken waren er na Cable gate als de kippen bij om te wijzen op de gevaren. Zo zou er nimmer meer recht voor z’n raap gerapporteerd worden. Terwijl wij burgers gniffelden bij de rake kwalificaties van regeringsleiders en juist gerustgesteld dachten: ‘Mooi zo, die diplomaten hebben het toch maar goed in de gaten’.
Na de stille obstructie van de Wob door ambtenaren, waar de fabrikanten van Tipp-ex en zwarte viltstiften goed garen bij sponnen, was het nota bene onze eigen minister van BZK die in 2011 in het hol van de leeuw, op de dag van de persvrijheid, pleitte voor beperking van de Wob. Onder verwijzing naar de onevenredige werklast voor de overheid. Tsja, democratie heeft een prijs.
De nationale veiligheid staat met stip op 1 als het gaat om erkende vormen van non-transparantie. En we zijn allemaal op de hoogte van de risico’s die verbonden zijn aan het koppelen van bestanden. Maar nu een buitenlandse geheime dienst in het geniep aan het werk blijkt te zijn, slaat de vlam in de pan. Als zelfs onze eigen inlichtingendiensten niet weten wat vanuit de VS gezien kán worden, is een grens overschreden.
Het hek is van de dam. Maar waar is de nieuwe plek voor het hek?
De afgelopen jaren hebben we iets geleerd over de ingewikkeldheden rond transparantie. Maar ook al zitten overheid, burgers en bedrijven nu in hetzelfde schuitje, makkelijker is het in elk geval niet geworden. Want Nimby, Not in my backyard, heeft er een opstandige broer bij. Hij heet Namob: Not about my own business.
Dit artikel verscheen in De Hofvijver nr. 32 d.d. 20 augustus 2013.