N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Bodes maken overuren tijdens Studentenparlement
De bodes zullen blij zijn als de echte Kamerleden weer in de bankjes zitten. Dat zei Ronald van Raak, als Kamervoorzitter van het Studentenparlement 2013. De bodes liepen zich de benen uit het lijf om alle amendementen en moties op tijd rond te brengen.
Studenten van acht juridische faculteiten mochten voor een dag zitting nemen in de Tweede Kamer omdat zij onderdeel waren van het Studentenparlement 2013. Hierin behandelden zij een fictief wetsvoorstel waarmee het kiesstelsel verbeterd moest worden door verhoging van de kiesdrempel en verlaging van de voorkeursdrempel. Het voorstel was ingediend door een voor deze gelegenheid gevormde regering bestaande uit prof. Bovend'eert, mr. Geurink en prof. Voermans. Tussen deze regering en de 'studentenfracties' was voorafgaand aan het debat op 31 mei schriftelijk contact geweest, maar tijdens de plenaire sessie kon het echte spel van debatteren, besprekingen in de wandelgangen en het interrumperen van Kamerleden beginnen.
Dit werd gedaan in twee termijnen, net als bij de echte Tweede Kamer, waarin de fracties hun standpunten toelichtten. Geen enkele woordvoerder kreeg echter de gelegenheid om zijn of haar verhaal in een ononderbroken betoog af te maken. De studenten hadden de vaardigheid om (zo nu en dan theatraal) te interrumperen snel onder de knie. De voorzitter van de Leids Conservatief Liberalen (LCL) werd bijna recalcitrant van het aantal vragen dat tijdens zijn eerste betoog werd gesteld. Beide termijnen werden gevolgd door een reactie van de regering.
Een recht waar graag gebruik van werd gemaakt was het indienen van amendementen en moties. Kamervoorzitter Ronald van Raak benadrukte dat er nog nooit zoveel waren ingediend en de bodes overuren maakten. Het merendeel van de amendementen en moties werd uiteindelijk in de stemmingsronde aan het einde van de dag verworpen. Zes amendementen en vier moties haalden het en – niet onbelangrijk - het wetsvoorstel werd aangenomen. Het ‘flutstuk’ zoals een van de oppositiepartijen het voorstel noemde, had het dus mooi wel gehaald. Zelfs de ‘minister-president’ Voermans was blijkbaar voldoende overtuigd om het ‘knutselwerkje’ toch niet in te trekken.
Naast debat was het Studentenparlement een wedstrijd. Een tweekoppige jury, gevormd door Max van Weezel en prof. Elzinga, beoordeelde welke fractie het politieke spel het beste beheerste en met de Thorbecke-penning naar huis ging. Hierbij werd gelet op de politiek strategische kant van het spel, het beheersen van de kunst van het interrumperen en welke fractie de zogenaamde ‘game changer’ was. Dit bleek de fractie Groen Zuid van de Universiteit Maastricht te zijn. Vooral hun schriftelijke stukken en de presentatie daarvan tijdens de plenaire sessie kregen veel lof.
Alle studenten zaten sowieso goed in hun rol van Tweede Kamerleden. Ze waren misschien wat stiller en hadden kortere interrupties dan ‘echte’ Kamerleden, maar verder werd er veelvuldig gebruik gemaakt van beeldspraak, met zo nu en dan een echte klassieker. Er gingen wel geluiden op dat het volgend jaar iets luchtiger mag, met meer grappen. Dat mag dan de organisator van volgend jaar - de winnende fractie van dit jaar - voor elkaar zien te krijgen.
Het Studentenparlement wordt mede mogelijk gemaakt door een financiële bijdrage van het Montesquieu Instituut.
Foto-impressie
Foto's gemaakt door: Speer