N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Burgerschapsrapport voldoet nog niet in alle opzichten
DEN HAAG (PDC) - Het tweede EU-burgerschapsrapport is een stap in de goede richting, maar laat de diepere inhoudelijke vraagstukken over burgerschap ongemoeid. Terwijl het burgerschapsrapport niet rept over grondrechten, komen ook sociale rechten niet aan de orde.
Dat zijn de belangrijkste conclusies uit een debat, georganiseerd door het Montesquieu Instituut en de Europese Commissie, Vertegenwoordiging in Nederland. 2013 is in de Europese Unie het jaar van de burger. Om dit te vieren gaat de Europese Commissie in gesprek met de burgers. Eurocommissaris Viviane Reding besprak het burgerschapsrapport, gevolgd door een debat. Het debat, dat op 16 mei 2013 plaats vond in het Auditorium van de Universiteit Leiden te Den Haag, werd geleid door Alexander Mayhew.
Het burgerschapsrapport is ontstaan na inwerkingtreding van het Verdrag van Lissabon. Eurocommissaris Viviane Reding publiceerde in 2010 het eerste burgerschapsrapport met daarin 25 punten om het Europese burgerschap te verbeteren. Onder andere rechten van consumenten bij online winkelen, rechten van vrouwen en erkenning van identificatiedocumenten kwamen aan de orde. Deze 25 punten staan volgens de eurocommissaris allemaal op de rails.
Vanwege de weinige resterende tijd die deze Commissie nog heeft (tot november 2014) besloot Reding bij het tweede Burgerschapsrapport twaalf concrete en praktische punten uit te werken. Ditmaal staat vooral de mobiliteit van de burger centraal; praktische punten om leven en werk in andere EU-lidstaten te vergemakkelijken. Het grote verschil met het vorige rapport is dat deze punten tot stand zijn gekomen na gesprekken met de Europese burgers.
Sophie in 't Veld, Europarlementariër namens D66, is blij met een eurocommissaris voor burgerrechten en ook met de burgerschapsrapporten. Voor haar gaat het burgerschapsrapport echter nog niet ver genoeg. Grote problemen in Europa, zoals bijvoorbeeld de discriminatie van Roma's en de inperking van de vrije pers, blijven in het rapport onaangeroerd.
Bijna ieder Europees land schendt bovendien de grondrechten van haar burgers. Laat staan dat er concrete stappenplannen in het rapport staan om deze meer structurele problemen te verbeteren. Ook de Europese Raad gaat bij deze vertraging niet vrijuit, omdat het de 'echte' issues weigert te behandelen.
In 't Veld loofde Reding wel vanwege haar inzet en haar regelgeving over de bescherming van persoonsgegevens, die dan ironisch genoeg weer botsen met de bewegingsvrijheid van de burgers. Die, en andere burgerrechten, staan onder druk door wetgeving op het terrein van veiligheid.
De verkiezingen voor het Europees Parlement van 2014 gaan volgens In 't Veld over de toekomst van Europa. De bal ligt bij de politieke partijen, die de kiezer moeten overtuigen van hun visie op de EU. De Europese Commissie is daarna pas aan zet. Indien de politici de burgers niet weten te raken en mee te nemen, wordt burgerschap een moeilijk verhaal.
Ook professor Bernard Steunenberg, hoogleraar bestuurskunde aan de Universiteit Leiden, was niet onverdeeld positief over het rapport. De door In 't Veld aangehaalde botsing tussen rechten en veiligheid nam hij ook waar, met conclusie dat veiligheid prevaleerde. Daarnaast maakte hij een onderscheid tussen grondrechten en sociale rechten.
Waar het rapport volgens hem vooral handelde in de geest van efficiëntie, daar vreest hij voor een verdrukking van de sociale rechten. Mobiliteit van burgers betekent immers ook dat de verschillen in het niveau van sociale bescherming tussen de lidstaten op scherp komen te staan. Verschillende mensen uit het publiek steunden hem hierin.
Lokale initiatieven om eigen inwoners te ondersteunen moeten niet worden verboden. Steunenberg pleitte voor ruimte voor lokale keuzes, gemaakt door lokaal gekozen politici.
Andy Klom, hoofd van de Europese Commissie, Vertegenwoordiging in Nederland, deelde deels de zorgen van professor Steunenberg. Hij legde ook verantwoordelijkheid bij de lidstaten en regio's. Beleid op sociale zekerheid wordt op het niveau van de lidstaten wordt geregeld, niet Europees. Waar Europese regels gelden moeten met name lokale overheden goed worden geïnformeerd. Dat is de beste manier waarop regels goed kunnen worden uitgevoerd en de burger daar profijt van heeft.
Josien Pieterse, voorzitter van Netwerk Democratie, mist eveneens een duidelijke visie. Volgens haar staat er niets in het rapport over de zelfstandige burger of over meer transparantie. Ook het democratisch tekort schitterde door afwezigheid. Allerlei zaken die volgens haar de dragende factoren van burgerschap zijn. Zij noemde het rapport een praktisch stuk, maar teleurstellend en getuigend van een nauwe opvatting van burgerschap.
Het tweede burgerschapsrapport kan van pas komen voor burgers, zo concludeerden de sprekers, maar ze benadrukten dat burgerschap meer is dan vrij reizen of gratis winkelen.