N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Masterclass 2012: over aanpak en gevolgen van de huidige crisis
Voor de huidige crisis zijn twee termijnen: kort voor politici en lang voor oplossingen
Deze twee premissen werden gehanteerd tijdens het college van de Masterclass op 23 maart 2012 dat geven werd door Bertjan Verbeek, hoogleraar internationale politiek aan de Radboud Universiteit.
De crisis heeft twee gezichten: objectief en subjectief. Hierdoor kan de crisis op een wijze van een frame worden voorzien die hun belangen dient. Dit opent de weg voor beïnvloeding van de perceptie van de crisis. Op die wijze kan een actor de kans grijpen om een (lang) gekoesterde wens, zoals een beleidswijziging, in vervulling te laten gaan.
Dit zogenaamde window of opportunity is een buitenkansje en zou een politieke agenda in de kaart kunnen spelen. Roepen om meer toezicht op het bancaire systeem of om een nauwere politieke en/of monetaire unie in de EU zijn zaken die bij de crisis ineens voor sommigen een logische zaak lijken. Zij kunnen dan een poging wagen hun politieke agenda om te zetten in echt beleid.
Zo eenvoudig ligt het echter niet. De zaak is gecompliceerder. Er zijn zowel kansen als bedreigingen. Hoe de zaak bezien wordt hangt dan ook af van de agenda die een politicus heeft. Om de huidige crisis goed te kunnen beoordelen moet er verder terug gegaan worden dan een enkel jaar.
De bankcrisis die in 2007 losbarstte was het startschot voor een domino effect, dat door de financiële consequenties uitbreidde tot andere sectoren dan de financiële sector en zich bovendien niet beperkte tot de Verenigde Staten. Risico’s die genomen waren in de huizenmarkt bleken te groot en veroorzaakten een crisis in de bankwereld. Europa bleek zich overigens uiteindelijk verslikt te hebben met de analyse dat de crisis iets van de VS was, toen bleek dat de financieel/economische rimpeling zich voortplantte vanaf de kust van de VS naar Europa.
De politiek in de VS reageerde verdeeld. De Tea Party stelde aan de Amerikanen niet hoefden te betalen voor de hypotheek van hun buurman. De Republikeinse Party was door deze opstelling verdeeld. De aanstaande verkiezingen in de VS zullen een interessante periode worden. De partijen zullen duidelijk moeten maken wat ze willen. De vakbonden zullen hoogstwaarschijnlijk aan de kant van gewone man staan, meer dan voorheen, omdat ze in een aantal staten met een Republikeinse gouverneur te maken hebben met bezuinigingen die de gemiddelde Amerikaan ernstig raken.
Er is een mondiale beweging opgestaan met de oorsprong in de VS: Occupy, die de gang van zake in de zakenwereld aan de kaak stelt. Ze zet zich schrap tegen de Tea Party en ijvert voor een andere benadering van de mondiale economie. De crisis heeft grote consequenties gehad in IJsland. Het uiterst liberale politieke klimaat dat daar heerste, heeft uiteindelijk, na de ineenstorting van de bankwereld, geleid tot een andere regering. Een links georiënteerd kabinet is na verkiezingen aan de macht gekomen.
Mede na consultatie van 1500 wijzen is een nieuw grondwet tot stand gekomen. De crisis had in IJsland echter ook consequenties voor de relatie met het buitenland. Met name door de financiële problemen die er waren, is er vanuit de EU en vanuit Nederland en Groot-Brittannië in het bijzonder, maar ook vanuit het IMF grote druk uitgeoefend op IJsland. De lessen die daar uit geleerd kunnen worden zijn velerlei. In IJsland werden alle inwoners geraakt door de financiële crisis en draaiden op voor de schade. Gevolg was dat er een rebellie opkwam die zorgde voor de hiervoor vermelde politieke ommekeer.
Overigens bleek ook, en trouwens ook inmiddels in Griekenland, dat de rebellie van de burgers zich niet beperkte tot financieel/economische zaken. Het belangrijkste punt was dat de legitimiteit van de overheid ter discussie werd gesteld. Inmiddels zien we binnen de EU dezelfde symptomen als gekeken wordt naar de reacties in sommige landen. Dit geldt dan met name voor de landen die in financieel economische problemen zijn gekomen. Verandering is aan de orde van de dag en niet naar links, maar tegen de zittende regering. Bijproduct van dit alles is tevens dat het Europese gevoel niet wordt gestimuleerd, omdat de perceptie is dat de oorzaak op het Europese niveau ligt.
Wat kunnen de uiteindelijke gevolgen van de crises zijn? Betekent de crisis dat de hegemonie van de VS aangetast wordt? Zal de EU een meer supranationaal of intergouvernementeel worden? Het antwoord op deze vraag moet uitblijven. Wel is zeker dat, crises zowel gevaar als kansen met zich meebrengen.
Dat politici op korte termijn zaken proberen te regelen. Dat technocratie niet altijd de oplossing is. Dat binnenlandse protesten kunnen leiden tot de val van regeringen en in de meest extreme situatie de bestaande orde.
Tenslotte wordt de crisis op verschillende manieren gekenmerkt, maar is het dominante frame dat de oplossing ligt in bezuinigingen.