Kennisorganisaties op afstand gezet in populistisch immigrantenbeleid in Nederland, Frankrijk en Verenigd Koninkrijk

donderdag 4 november 2010, 15:55

DEN HAAG ( PDC ) -

Onderzoeksdirecteur van het Montesquieu Instituut Arco Timmermans publiceerde samen met Peter Scholten (Erasmus Universiteit Rotterdam) in de Journal of Comparative Policy Analysis een onderzoek naar agendavorming en beleidsverandering omtrent immigranten in Nederland, Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk. Dit onderzoek analyseert voor het immigrantenvraagstuk de relatie tussen politieke instituties en kennisorganisaties zoals adviesraden en denktanks in de drie landen in de afgelopen 40 jaar.

Agendavorming en besluitvorming over beleid worden vaak geanalyseerd in termen van hoe problemen worden gedefinieerd, of in termen van hoe het politieke stelsel in een land stabiliteit bevordert danwel veranderingen mogelijk maakt. Het onderzoek van Scholten en Timmermans probeert deze inhoudelijke en structurele elementen te integreren en laat zien dat verschillende wijzen van interactie tussen beleidsmakers en experts ook uiteenlopende beelden en definities van het migrantenvraagstuk opleveren. Deze verschillen worden zichtbaar tussen de drie landen, maar ook binnen elk land in de loop van de decennia.

In de drie landen lag in de jaren zestig tot tachtig van de vorige eeuw het primaat bij kennisorganisaties en experts bij het bepalen van de agenda en het eropvolgende beleid. Dit primaat met een technocratisch karakter hield het immigrantenbeleid weg uit de sfeer van de polarisatie – het onderwerp was praktisch een taboe. Deze structuur leverde een multicultureel immigrantenbeleid op.

Dit veranderde in de jaren negentig en vooral in de afgelopen tien jaar, toen het primaat in alle landen verschoof naar politici. Het onderwerp werd meer en meer gedramatiseerd en vooral in Nederland en Frankrijk werd het gekoppeld aan andere en vaak bredere onderwerpen in de samenleving. Immigrantenkwesties werden zaken van nationaliteit en identiteit en steeds meer ook van religie. De informatie van kennisorganisaties en adviezen voor beleid werden als munitie in de politieke strijd gebruikt en de rol van de wetenschap bij dit beleidsonderwerp raakte zelfs in diskrediet. Bij deze verhoudingen veranderde het immigrantenbeleid van multiculturalistisch naar assimilationistisch. Deze trend zette in de afgelopen jaren versneld door.

Het onderzoek laat zien dat de relatie tussen beleidsmakers en kennisorganisaties niet alleen een kwestie is van primaat bij de agendavorming, maar dat het patroon van ‘grenzenwerk’  tussen beide ook de inhoud en de tendens van het beleid sterk meebepaalt. Wanneer de aandacht beperkt is en vooral experts zich met het immigrantenprobleem bezighouden, bestaat een multicultureel ‘beleidsmonopolie’. Maar hoe prominenter het immigrantenvraagstuk op de publieke en politieke agenda staat, des te meer verandert de inhoud van het beleid in de richting van assimilationisme. Dit nieuwe ‘beleidsmonopolie’ is opgebouwd met een veel bredere mobilisatie van steun dan in het verleden en zal onder druk komen te staan als de aandacht voor het probleem weer afneemt.

Peter Scholten en Arco Timmermans, ‘Setting the Immigrant Policy Agenda: Expertise and Politics in The Netherlands, France and the United Kingdom, Journal of Comparative Policy Analysis: Research and Practice, November  2010, pp 527-544.