"Nieuw pact tussen burger en staat"

woensdag 14 april 2010, 9:26

Europees ambtenaar Sybren Singelsma vindt de komende bezuinigingsoperatie een goed moment om het staatsbestel grondig te herzien. Economische Zaken, WWI en Buitenlandse Zaken kunnen weg, vindt hij. De historicus pleit voor herstel van de band van de staat met zijn burgers. Die band werd door de pacificatie van 1917 doorgesneden, waarna de politiek een verzuilde aangelegenheid werd. Nu de zuilen niet langer functioneren moet de Nederlandse staat worden aangepast aan de uitdagingen van de 21e eeuw.

Door: Sybren Singelsma | 2 april 2010

De huidige crisis in het Nederlandse systeem is niet het gevolg van de opkomst van het populisme. De institutionele crisis gaat dieper en is uiteindelijk het gevolg van scheefgroei na de pacificatie van 1917. Het Nederlandse bestuurlijke systeem zoals wij dat nu kennen wortelt in het grote nationale compromis van 1917, waarin naast de financiering van de bijzondere scholen en het algemeen kiesrecht voor mannen werd geregeld dat geen minderheidspartij kon worden weggestemd die ten koste zou gaan van de zuilen. Deze pacificatie was een goed antwoord op de problemen van de negentiende eeuw: opkomend socialisme en emancipatie van katholieken en gereformeerden binnen een liberaal staatssysteem. Door de pacificatie werd in feite de macht van de staat overgeheveld naar maatschappelijke groepen: de zuilen.

De prijs voor het geven van een plek aan gereformeerden, socialisten en katholieken in de polder was dat de individuele band van de burger met de staat en diens instellingen werd doorgesneden. De burger was alleen nog verbonden met de staat via de maatschappelijke groep waar hij deel van uitmaakte. Bestuurders van de zuilen kaapten de macht van het individu ten gunste van de macht van de groep en die van de politieke partijen, die samen de kauwgumlaag tussen burger en staat werden.

Vanaf dat moment was het parlement niet langer de vertegenwoordiging van het volk maar een zo nauwkeurig mogelijke afspiegeling van de krachtsverhoudingen van de verschillende maatschappelijke groepen. Binnen de zuilen werd autonoom gehandeld, wel mét het geld maar zónder de controle van de staat. Het respecteren van de groep en de consensus die hier was bereikt, betekenden immers dat de staat en daarmee ook de wet op afstand moesten worden geplaatst. Het parlement depolitiseerde. Het politieke debat speelde zich veelal binnen de zuilen af waarna de overeenkomst met de andere partijen in het parlement werd beklonken. Zo ontstonden de Haagse achterkamertjespolitiek en de kaasstolp. De rol van de staat was daarmee overgenomen door de politieke partijen.

Ook de autonomie in de regio of gemeente paste niet binnen deze op nationaal niveau beklonken deal. Door straffe centralisatie en opschaling tot rijkstaken veranderden gemeenten en provincies in uitvoeringsorganen van het rijk. Dat sinds Napoleon al de burgemeesters en de commissarissen door de Staat werden benoemd kwam de partijen zeer goed uit. De  Eerste Kamer mocht ook zeker geen tegenmacht van de Tweede Kamer worden. Fouten verbeteren door een Herenclub prima, maar liever geen volwassen senaat. Het primaat van de wet werd vervangen door het primaat van het politieke besluit zoals ook in het Nederlandse gedoogbeleid nog goed te zien is.

De emancipatie van gereformeerden, socialisten en katholieken is inmiddels vergevorderd, zo ver dat die groepen al bijna niet meer bestaan. De komst van de islam is door sommigen verwelkomd als een nieuwe zuil die dit proces kon keren, maar al snel bleek dat deze zuil de ongeschreven spelregels van de pacificatie niet noodzakelijkerwijs respecteerde en dat zij zich ontwikkelde tot een koekoeksjong dat het falen van het systeem alleen maar benadrukte.

Crisis

Met het wegvallen van de zuilen, ooit de basis van het huidige bestel, belandde het systeem in een crisis, waarvan de opkomst van het populisme slechts een symptoom is. Nu de burger niet langer via de zuil gelieerd is aan de staat, blijkt hoe smal de basis is voor een democratie waarin de burger alleen nog maar op hoeft te draven voor verkiezingen. Populisten springen in die leemte door 'issue politiek' te bedrijven. Je kunt stemmen op de oplossingen voor maatschappelijke problemen die ze in de aanbieding hebben. D66 probeerde zo het bestel op te blazen, Fortuyn probeerde hetzelfde. Wilders maakt nu één enkel issue tot inzet.

De klassieke volkspartijen hebben de crisis alleen maar verergerd. Ze liepen met open ogen in de val van de mediacratie. Wekelijkse opiniepeilingen zijn nu bepalend voor de daadkracht van een kabinet en de controle van het parlement. Een goed optreden bij Pauw en Witteman is voor de peilingen veel belangrijker dan een debat in de Kamer. De partijen zijn zelf verantwoordelijk voor het brengen van de waan van de dag in het hart van het systeem door zichzelf onder dit permanent cameratoezicht te stellen.

Dat hart hoefde destijds niet ingebed te zijn in een sterke trias politica, omdat de partijen zelf die stabiliteit binnen dat parlement garandeerden door hun maatschappelijke inbedding. Dat is echter verleden tijd. Het wordt tijd het parlement weer onderdeel te maken van een evenwicht der machten om die stabiliteit voor de toekomst te waarborgen. Kortom, in een rechtstaat met universeel geldende wetten, wetgevende, uitvoerende en rechterlijke machten met een zelfstandige democratische legitimiteit, individueel burgerschap en een kiesstelsel waarbij iedere politicus een mandaat van de burger heeft, dat uitoefent en daar rekenschap over aflegt. Een democratie van burgers, niet van groepen.

Een wijziging van de Grondwet in die zin gekoppeld aan het afstoten van taken aan provincies en gemeenten waarbij ook de geografisch bepaalde belangen van de burger worden gerespecteerd, kan de stabiliteit in het systeem terugbrengen. Het opheffen van de immuniteit van de overheid en het toestaan van toetsing van wetgeving aan de Grondwet is dan een logisch onderdeel van het hervormingspakket. In dat pakket dient vanzelfsprekend de verkiezing van burgemeesters en voorzitters van provincies te worden geregeld. Dan maken een nieuw kiesstelsel, verkiezing van de premier en het inrichten van een constitutioneel hof het plaatje compleet.

Decentraliseren van rijkstaken

Een grondwetswijziging kost tijd, al gauw twaalf jaar. Op korte termijn kan daarom een quick win worden geboekt door alvast te beginnen met het decentraliseren van rijkstaken in het kader van het herdefiniëren van de staat. Wonen, Wijken en Integratie kan weg, dat kan veel beter op lokaal niveau geregeld worden. Taken waarvoor een helder EU-beleid is, zoals het economische beleid, kunnen worden afgestoten. Voor EZ blijven dan wat taken over op het gebied van energie, regionale steun en innovatie, waarvan het DG Energie best onder Vrom ondergebracht kan worden. En als Verhagen roept dat de EU-ambassades Nederlandse paspoorten kunnen afgeven, dan kunnen de ambassades ook wel sluiten. Het verminderen van de greep van het rijk op de woningmarkt kan een goede opstap zijn naar het opheffen van zelfstandige bestuur- en uitvoeringsorganen die onder twijfelachtige democratische controle belastinggeld uitgeven. Het rijk kan zich dan concentreren op wetgeving, al dan niet binnen de kaders van de EU.

Het geschetste hervormingspakket lijkt een noodzakelijk nieuw pact tussen burger en staat ter vervanging van de structuren uit 1917 die geen werkbaar kader voor de toekomst meer lijken te bieden.

Meer informatie

Bron: http://www.pm.nl/index.php?page=nieuw-pact-tussen-burger-en-staat 12 april 2010

De auteur: Sybren Singelsma is historicus en werkzaam bij het Comité van de Regio's van de Europese Unie. Hij schrijft dit artikel op persoonlijke titel.