N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
2013: Erop of eronder
De eurocrisis is, ondanks de ogenschijnlijke stilte die er heerst, allerminst voorbij. Integendeel, 2013 wordt het jaar van de waarheid. Jan Werts, de MI-correspondent in Brussel, is heel stellig: ‘pas na de Duitse verkiezingen in het najaar van 2013 weten we hoe we er voor staan. Ook eerder al hebben we hobbels te nemen, zoals de top van 7 tot en met 9 februari. Maar het allerbelangrijkste is nog de regeringen de 28 soms lastige maatregelen echt gaan naleven die zij hebben afgesproken.’, en Werts verwijst naar zijn analyse die in december verschenen is.
De extra februaritop werd in november 2012 door Van Rompuy afgedwongen toen de lidstaten geen overeenstemming over de meerjarenbegroting wisten te bereiken. Doelstelling is een akkoord over de begroting van 2014-2010. Die begroting is door voorzitter Van Rompuy al met 52 miljard verlaagd naar 972 miljard voor de komende zeven jaar. Maar Duitsland, Nederland en de noordelijke lidstaten willen er nog eens 50 miljard af hebben. Nu overal wordt bezuinigd kan Europa niet achterblijven. Bovendien bedingen het Verenigd Koninkrijk, Zweden en Nederland ook nog een korting op hun aandeel in de kosten. ‘Als die top mislukt zitten we weer middenin de crisis’, aldus Jan Werts.
‘Het is nu vooral rustig omdat ECB-president Draghi heeft gedreigd op grote schaal afgewaardeerde staatsobligaties op te kopen’, legt Werts uit. ‘Speculanten houden zich daarom stil en wachten af welke hervormingsmaatregelen er gaan komen,’ vervolgt hij. Ook ziet Werts dat 2013 wereldwijd een recessiejaar wordt. Zelfs in een sterk land als Duitsland zou sprake kunnen zijn van een recessie, of in ieder geval een 0-groei. En ten tijde van een recessie is saneren/hervormen moeilijk. Griekenland, Italië en Spanje zijn en blijven een risico. Werts: ‘de Grieken doen wel mooie beloftes, maar het is altijd de vraag of ze die nakomen. Italië en Spanje zijn zo groot; als het daar mis gaat grijpt het meteen enorm om zich heen grijpt.’
De gespannen Frans-Duitse verhoudingen spelen een rol. Weliswaar is het dit jaar vijftig jaar geleden dat het Elysee-verdrag werd gesloten, maar de relatie was nooit eerder zo moeizaam. Merkel laat niet het achterste van haar tong zien, bang dat Hollande het meteen aan haar rivalen van de SPD zal vertellen. En Hollande speelt geen open kaart met in het achterhoofd een mogelijke SPD-overwinning waarop hij uiteraard dit najaar mikt. Veel zal van de uitslag van de Bondsdagverkiezingen afhangen. ‘Al met al omstandigheden die de rust van nu wel verklaren, maar ons nog wel boven het hoofd hangen’ analyseert Jan Werts.
Verder ziet Werts ook het achterwege blijven van regelgeving als risico. Zo had er op grond van de bankenunie al op 31 december 2013 regelgeving klaar moeten zijn. Dat gaat nu worden opgepakt door de net benoemde nieuwe voorzitter van de Eurogroep Jeroen Dijsselbloem. Onze Brusselse correspondent maakte zijn benoeming van nabij mee. ‘Spanje was tegen’ zo vertelt hij, ‘en het is toch wel bijzonder dat de benoeming geen consensus had. Dat is bij dergelijke benoemingen nog nooit gebeurd. Spanje was uit principe tegen omdat er weer een kandidaat uit een triple A-land werd benoemd. Tegen Dijsselbloem persoonlijk hadden ze niets, en ze hebben ook beloofd collegiaal samen te gaan werken.
Jan Werts legt wel uit waarom een nagenoeg onbekende en onervaren Nederlandse minister voorzitter van de Eurogroep is geworden: ‘Het gaat niet om de beste kandidaat, maar om het afstrepen van kanshebbers. De kandidaat moest uit een triple A-land komen, en dat zijn er niet zoveel: voorganger Juncker was een Luxemburger, Finland levert al eurocommissaris Rehn, België levert Van Rompuy, Oostenrijk levert de voorzitter van de voorbereidende werkgroep en Frankrijk en Duitsland gunnen elkaar de benoeming niet.’, somt Werts op. Dus bleef Nederland als enige over met een nieuwe minister. Werts citeert Le Monde die Dijsselbloem omschreef als, ‘kalm, verstandig, flexibel en aangenaam in de omgang oogt, en sedert zijn recente aantreden in Europa daar een goede indruk heeft achtergelaten.’
Naast de opbouw en de uitwerking van de bankenunie krijgt Dijsselbloem (Deil-seul-blum volgens de Fransen) als belangrijkste taak de beheersing van de begrotingstekorten. Hij noemde dat zelf: ‘de hoeksteen van de begrotingsdiscipline’ op de persconferentie vlak na zijn benoeming. Over de drie procent begrotingstekort valt niet te praten, wel over het tempo om dat te bereiken. Dit stelde de zuidelijke lidstaten gerust. Daarnaast streeft hij het herstel van de duurzame economische groei voor. Als je dat hebt bereikt kom je vanzelf uit de crisis.