Europa en de consensuspolitiek in de Benelux-landen

Een boekproject

In een samenwerkingsproject tussen universiteiten in de drie Benelux-landen wordt de invloed van de Europese integratie op de consensusdemocratie onderzocht. Dit onderzoek zal resulteren in een boek dat medio 2012 klaar is. Op 14 en 15 oktober was er voor dit project een bijeenkomst in Luxemburg, na een eerste bijeenkomst in januari in Den Haag georganiseerd door het Montesquieu Instituut. Voorjaar 2012 zal er in Brussel een bijeenkomst worden georganiseerd waarvoor ook professionals uit de bestuurlijke praktijk worden uitgenodigd.

Het meeste onderzoek dat in navolging van de politicoloog Arend Lijphart naar de werking van de consensusdemocratie is gedaan, geeft een helicopterview op het politieke systeem. Daarbij is de consensusdemocratie vergeleken met stelsels waarin een politieke meerderheidscultuur bestaat. Consensusdemocratie kenmerkt zich door minder afgetekende verschillen tussen winnaars en verliezers in het politieke spel.

Het is weliswaar een elitemodel van besluitvorming, maar er is meer ruimte voor politieke minderheden. In de drie Benelux-landen heeft het bestaan van politieke minderheden (partijen die nooit een absolute meerderheid halen) geleid tot een traditie van coalitiekabinetten. Dat zijn in het verleden vaak grote coalities geweest, maar de basis daarvoor is steeds smaller geworden, zoals in Nederland blijkt uit het minderheidskabinet-Rutte dat het met breekbare gedoogsteun moet doen. Een motto bij de consensusdemocratie is steeds geweest: ‘de regering regeert’. Rond Europese zaken heeft de regering altijd een enorme informatievoorsprong gehad, in alle drie de landen.

Het bijzondere van het boekproject is dat veel meer van tot dusver wordt gekeken naar hoe de consensusdemocratie binnen afzonderlijke instituties functioneert. De centrale vraag hierbij is: wordt de consensustraditie versterkt dan wel verzwakt door de Europese integratie?

Een van de analyses in dit project richt zich op de parlementen in de drie lidstaten. Astrid Spreitzer (Universiteit Luxemburg) en Arco Timmermans (Montesquieu Instituut) kijken naar veranderende spelregels en – belangrijker – naar de politieke gedragspatronen van spelers in de drie parlementen. Die parlementen verschillen op constitutioneel vlak op een aantal punten en ze laten ook een ander verschil zien: meer dan in Belgie en Luxemburg is in Nederland de consensuspolitiek juist door de Europese integratie enorm onder druk komen te staan.

Europa is als thema zelf gepolitiseerd geraakt. Tel het aantal debatten over de Europese crisis in de Tweede Kamer in de afgelopen weken. Wat zijn hiervan de gevolgen voor het functioneren van het parlement? Is de consensusdemocratie in de parlementaire arena in Nederland inmiddels een achterhaald verschijnsel geworden? Of wordt de gang van zaken over de echte beslissingen, afgezien van wat kabaal voor de buhne, eigenlijk nauwelijks door de problematisering van Europa van de wijs gebracht?

Het lopende onderzoek bekijkt deze vragen in vergelijkend perspectief voor de drie Benelux-landen, geeft antwoorden en gaat in op de betekenis ervan.

Voor meer informatie over de geplande meeting met professionals, in Brussel in het voorjaar van 2012: mail naar a.timmermans@montesquieu-instituut.nl

Arco Timmermans, november 2011