N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
2015-2215: zoek de verschillen!
Sofie Wolf, universitair docent Staats- en Bestuursrecht, Universiteit Maastricht
Een periode van 200 jaar lijkt lang en is het in sommige opzichten ook, maar de periode is niet lang genoeg om onze Staten-Generaal ingrijpend te hervormen. Zal er over 200 jaar enkel virtueel worden gedebatteerd en is de Staten-Generaal omgevormd tot een adviesraad? Op basis van de ontwikkelingen van de afgelopen 200 jaar denk ik dat deze vragen ontkennend moeten worden beantwoord.
In de afgelopen 200 jaar zijn de noodzakelijke veranderingen doorgevoerd, zoals het actief en passief kiesrecht voor vrouwen en de invoering van evenredige vertegenwoordiging waardoor de Staten-Generaal (in haar huidige betekenis) nog een paar eeuwen kan voortbestaan.
Het Nederlandse volk houdt niet van veranderingen, ook niet als deze verbeteringen inhouden (met uitzondering van verlaging van de belastingen), en zal dus ook niet snel veranderingen doorvoeren, tenzij ze wordt gedwongen. De Nederlander houdt van tradities, of het nu gaat om de figuur ‘Zwarte Piet’ of het voorlezen van de troonrede door de Koning. Er wordt veel gediscussieerd, maar tot een echte verandering komt het niet.
Om iets binnen de Staten-Generaal te wijzigen is doorgaans een wijziging van de Grondwet nodig. Het is bekend dat de procedure hiervoor vele jaren kan duren, geen 200 jaren, maar om de Staten-Generaal fundamenteel te veranderen zijn meerdere wijzigingen van de Grondwet nodig. Aangezien die wijzigingen niet allemaal op hetzelfde moment worden verzonnen zijn meerdere grondwetsherzieningprocedures nodig en dat kan en zal jaren duren. Daarbij moet het voorstel uiteindelijk ook nog worden aangenomen. Een goed voorbeeld waarbij dat niet zal gebeuren is het voorstel-Halsema (nu Van Tongeren). Dat voorstel is ingediend in april 2002, er is veel over gediscussieerd maar zal het (waarschijnlijk) uiteindelijk niet halen.
Een wijziging die ik wel voorzie maar die niet erg ingrijpend is, is een wijziging in de grootte van de Kamers. De voorspellingen zijn dat de bevolking blijft groeien en om een evenredige afspiegeling van de bevolking in aantal te houden, zal het aantal leden van de Kamers toenemen. Louter virtuele debatten voorzie ik niet maar het een en ander zal wel digitaal gebeuren, meer dan nu het geval is. Zo hebben bijna alle Kamerleden tegenwoordig een tablet maar over 200 jaar zal er vast een apparaat bestaan waarvan wij nu niet het bestaan kunnen voorzien. Via dat apparaat zal de bevolking ook stemmen voor het parlement want fysiek naar de stembus gaan is zo 2015.
Zullen ambtenaren in 2215 vervangen zijn door robots? Het zou kunnen maar ik betwijfel het. Robots zijn heel goed inzetbaar voor van alles met getallen, grafieken, besturen van systemen en dergelijke, maar zijn ze ook in staat om politieke en juridische verbanden te leggen, consequenties te voorzien of beleid te bepalen? Dat lijkt mij mensenwerk.
Alles wat ik schrijf is natuurlijk giswerk want weten doe ik het niet en zal ik ook niet, want zeker is dat ik 2215 niet zal meemaken.